Over kikkers en nog wat . . .

Jelle Hofstra

 


Tuinvijvers zijn erg belangrijk voor amfibieën en leveren een niet geringe bijdrage aan het voortbestaan van deze diergroep, die het in de natuur verre van gemakkelijk heeft. Tuinvijvers, zowel groot als klein, worden bevolkt door talloze salamanders, padden en kikkers. Worden salamanders nauwelijks opgemerkt, met sommige van onze kikkers is dat toch wel even anders.
 

 

Storen aan de natuur

Vorig jaar kwam er bij mij een mail binnen van iemand die slapeloze nachten had van het gekwaak van een kikker in haar vijver. Deze mevrouw wilde hier graag vanaf en vroeg zich angstig af of ze het volgend jaar de vijver misschien vol had zitten. En of ze met een Brulkikker van doen had. En hoe het dier te vangen en het elders uit te zetten. Ook uit Terwispel kwamen enkele jaren terug al vragen van meerdere bewoners bij mij binnen. Ze vroegen zich verbijsterd af hoe lang die kikkers nog door zouden gaan met hun lawaai, aangezien ze ’s nachts geen wenk in de ogen kregen

Overigens schijnt het een nieuwe trend te worden dat mensen zich gaan storen aan geluiden die nu eenmaal bij de natuur horen. Een poosje terug beklaagden buurtbewoners zich op een verjaardagsfeestje over het domme koeren van Tortelduifjes, vooral in de vroege ochtenduren.
In Beetsterzwaag beklaagt een mevrouw zich over het feit dat ze wordt lastig gevallen door een Ooievaar, die constant klepperend op het nest staat. Maar ook andere dingen wijzen op een overspannen reactie. Zo werd in Terwispel door Plaatselijk Belang aan de Gemeente gevraagd om tal van exemplaren van de Reuzenberenklauw met de grond gelijk te maken. Dit omdat iemand gelezen had dat ze bij aanraking bij warm weer wel eens brandblaren konden veroorzaken. Weer een ander vond dat de planten in ieder geval moesten verdwijnen omdat ze stonken.
 

 

Groene kikkers

De kikkerkoren waaraan men zich dan ergert komen van onze groene kikkers. De maand mei is eigenlijk de maand dat deze dieren zich voortplanten. Dat is veel later dan dat dit het geval is bij de Bruine kikker en de Heikikker, die zich in maart al in het water ophouden. Vooral op zonnige, warme dagen laat de groene kikker - ook wel ’boerennachtegaal’ genoemd - van zich horen. Deze 'zang' wordt ten gehore gebracht door het mannelijke dier. Het is hiervoor met twee grote, uitwendige waakblazen uitgerust, die tijdens het kwaken als ballonnetjes - die afhankelijk van de soort grijs of wit gekleurd zijn – uit de mondhoeken puilen. De paarroep is onmiskenbaar en vanaf grote afstand te horen. Ook in zwoele nachten laten de dieren van zich horen. Het zal de bezitters van een vijver wel eens opgevallen zijn, dat de kikkers zelf tot kwaken kunnen worden aangezet als ze bijvoorbeeld de grasmaaier horen, of een vliegtuig laag overvliegt. En zoals zo vaak met dit soort dingen het geval is, wordt de een lyrisch bij het horen van het gekwaak en gaat een ander zich mateloos ergeren.

 

Andere berichten

Er komen gelukkig ook geheel andere berichten bij mij binnen. Of ik misschien nog ergens groene kikkers weet te zitten en of ik ook klompen dril kan bemachtigen voor hun vijver. Dat zijn mensen die juist wel kikkers in hun tuin willen hebben. Overigens moet ik deze mensen natuurlijk steeds teleurstellen. Kikkers zijn beschermde dieren en dus is het verboden de dieren te vangen en te verplaatsen. Wel mag dril worden verzameld en meegenomen, uitgezonderd dat van de Heikikker. Alleen het vervoeren van kikkerdril over grote afstanden is niet aan te raden. Ten eerste omdat de dieren genetisch zijn aangepast aan de omgeving waar ze leven. Ten tweede omdat er in ons land drie soorten kikkers worden onderscheiden en wel de Grote groene kikker, ook wel Meerkikker genoemd, de Kleine groene kikker of Poelkikker en een kruising tussen deze beide soorten, namelijk de Middelste groene kikker, een bastaard dus. Het is in ons land nog helemaal niet duidelijk waar deze soorten zich precies bevinden en dat kan door gesleep met dril, alleen nog maar onoverzichtelijker worden. Dat we nog niet exact op de hoogte zijn van het voorkomen van de drie kikkervormen, komt vooral door de bastaard. Hoewel de Grote en de Kleine groene kikker door specialisten op het oog wel van elkaar onderscheiden kunnen worden, gaat dit met de bastaard een stuk moeilijker, aangezien het dier de kenmerken van beide soorten in zich verenigd heeft. Alleen een genetisch onderzoek geeft voor de volle honderd procent zekerheid.

 

Eieren

De eieren worden afgezet in een aantal klompen die samen 2000 à 6000 eieren kunnen bevatten en die ongeveer eind mei uitkomen. Natuurlijk groeit niet elk ei uit tot een volwassen kikker. Salamanders snoepen niet alleen van de eieren, ook de larven zijn voor hen niet veilig. Verder worden kikkervisjes belaagd door rovende waterinsecten als libellenlarven, de larve van de Spinnende waterkever en de Geelgerande watertor en zijn larve. Niet natuurlijke oorzaken van het niet overleven zijn de gevolgen van het kunstmatig laag houden van het grondwaterpeil waardoor de voortplantingsgebieden voortijdig opdrogen.

 

Metamorfose

De metamorfose vindt gewoonlijk plaats in augustus, waarna de kikkertjes het droge opkruipen, waar ze zich voeden en sommige soorten ook overwinteren. Zo is bekend dat de Kleine groene kikker op het land overwinterd, de Grote groene kikker in het water en de Middelste groene kikker zowel op het land als in het water. Sporadisch komen sommige larven datzelfde jaar niet tot een metamorfose en overwinteren dan in het water. De gedaanteverandering vindt dan pas plaats in het volgende jaar. Sommige van deze larven kunnen dan uitgroeien tot reuzenlarven met een lengte van wel 11, 12 centimeter. Jaren terug, in november 1989, werd een dergelijke larve door visser Piet Vrij uit het Friese Tzumarrum in een visfuik gevangen. Deze larve werd ten onrechte door een medewerker van de Universiteit van Amsterdam telefonisch op naam gebracht als zijnde een larve van de zo ’gevreesde’ Amerikaanse Brulkikker. Door die foute determinatie zou enkele weken later de bekende Brulkikker-affaire in Franeker losbreken en geheel Nederland in beroering brengen.

 

« terug naar overzicht artikelen WARF-bulletin